De menselijke tong is niet zomaar een spier, het is een waar wonder en een zeer veelzijdig orgaan dat bestaat uit meer dan 10.000 zogenaamde smaakpapillen. Hierdoor kunnen we zonder problemen verschillende smaken onderscheiden en keer op keer van ons eten genieten. De tong met zijn vele smaakpapillen kan echter ook een alarmsignaal afgeven als er iets in het lichaam niet in orde is. Een van deze alarmsignalen is een metaalsmaak in de mond, waarvoor verschillende oorzaken bestaan die helaas niet altijd onschuldig zijn.
Als het smaakvermogen verandert
Bepaalde ziekten kunnen ervoor zorgen dat de smaakzin verandert of zelfs helemaal verdwijnt. Als zo’n waarneembare verandering optreedt, spreekt de arts van dysgeusie, wat ook een metaalsmaak in de mond inhoudt. Bepaalde voedingsmiddelen krijgen plotseling de smaak van metaal, hetzij slechts voor een paar maaltijden of permanent. Als een metaalsmaak in de mond vaker opvalt of als hij constant aanwezig is, moet in elk geval een arts worden geraadpleegd. Het hoeft niet altijd veroorzaakt te worden door een ziekte, want er zijn verschillende andere triggers. Deze oorzaken zijn onder andere
- Kunstgebit
- Tandvullingen van amalgaam
- Infecties die worden veroorzaakt door schimmels
- Slechte mondhygiëne
- Chemotherapeutische behandelingen
- Ontsteking van het tandvlees
- Diverse medicijnen
- Vergiftiging door metalen zoals selenium, koper of lood
Drie groepen
In Nederland heeft ongeveer 6% van de bevolking dysgeusie en voor veel van deze mensen is een metaalsmaak in de mond de oorzaak van de klacht. In de geneeskunde worden deze smaakstoornissen onderverdeeld in drie verschillende groepen: de nerveuze, de epitheliale en de centraal veneuze groep. Het is niet ongewoon dat een smaakstoornis aangeboren is. Een metaalsmaak in de mond is echter geen aangeboren stoornis, omdat een metaalsmaak altijd acuut en uit het niets optreedt.
Als de achtergrond epitheliaal is, dan zijn de smaakpapillen vaak beschadigd. De oorzaken zijn uiteenlopend: de gevoelige smaakpapillen op het oppervlak van de tong kunnen beschadigd raken door infectieziekten, maar ook door bepaalde behandelingen met medicijnen, radiotherapie en slechte mondhygiëne.
Als een metaalsmaak in de mond een nerveuze oorzaak heeft, kan het komen door beschadiging van de hersenzenuwen, wat vaak voorkomt bij tumoren. Ontstekingen en verwondingen door geweld tegen het hoofd kunnen ook een nerveuze smaakstoornis veroorzaken, waaronder ook een metaalsmaak in de mond valt.
Smaakstoornissen met een centraal veneuze oorzaak zijn altijd het gevolg van een letsel aan de hersenstam. Dit is bijvoorbeeld het geval bij vergiftiging, maar ook bij epilepsie of een zogenaamde neurodegeneratieve ziekte zoals de ziekte van Alzheimer. Veel Alzheimerpatiënten klagen daarom over een smaak in hun mond die doet denken aan metaal.
Hoe wordt de diagnose gesteld?
Om te bepalen waar een metaalsmaak in de mond vandaan komt en wat de oorzaak zou kunnen zijn, zal de arts eerst de mond en keel zeer grondig onderzoeken. Vervolgens wordt er een smaaktest uitgevoerd, bekend als klassieke gustometrie, om na te gaan of er naast de metaalsmaak nog andere smaakstoornissen zijn en wat de intensiteit van deze stoornissen is. Voor deze test worden speciale testoplossingen op de tong van de patiënt gedruppeld of met een wattenstaafje op de tong geveegd. De patiënt moet dan onderscheiden of de smaak zout, bitter, zoet, zuur of neutraal is. Als een metaalsmaak de andere smaken overheerst, is dit zeer informatief voor de daaropvolgende diagnose. Deze tests bepalen ook hoe goed of minder goed de patiënt kan proeven.
De arts zal ook de lymfeklieren in de nek en op het hoofd palperen, want als deze gezwollen zijn, kan dit een teken zijn van een ontstekingsziekte. Als het vermoeden bestaat dat er sprake is van een functiestoornis of een ziekte van de hersenen, is neurologisch onderzoek nodig, zoals een EEG (hersenfilmpje) om hersengolven te meten.
Verdere onderzoeken omvatten ook;
- Een gecomputeriseerde tomografie of een MRI
- Een gedetailleerd onderzoek van de speekselklieren
- Een histologisch onderzoek van biopten van het slijmvlies van de tong en de mond
- Onderzoek door de tandarts
- Een punctie van bloed of hersenvocht
Welke arts is verantwoordelijk?
Als een metaalsmaak in de mond niet vanzelf overgaat, moet je eerst je huisarts raadplegen, omdat die de medische voorgeschiedenis van de patiënt het beste kent. In de meeste gevallen zal de huisarts de patiënt doorverwijzen naar een keel-, neus- en oorarts die gespecialiseerd is in reuk- en smaakstoornissen. Een uitgebreid onderzoek kan ook worden uitgevoerd door een centrum voor smaakstoornissen, omdat deze centra, die nu in veel steden bestaan, ook zeldzame oorzaken kunnen opsporen. Vervolgens moet een neuroloog of radioloog worden geraadpleegd voor verder onderzoek.
Hoe wordt de smaakstoornis behandeld?
Een metaalsmaak in de mond is altijd onaangenaam en iedereen die er last van heeft, wil er natuurlijk zo snel mogelijk vanaf. Omdat een metaalsmaak in de mond vele oorzaken kan hebben, zijn de behandelingen ook heel verschillend. Als een metaalsmaak in de mond wordt veroorzaakt door een tekort aan ijzer of vitamines, kan dit worden behandeld met de juiste medicatie. Dit geldt ook als een metaalsmaak in de mond wordt veroorzaakt door een onder actieve schildklier.
Een droge mond en een metaalsmaak in de mond zijn bijwerkingen van radiotherapie; in deze gevallen kan kunstspeeksel of een speeksel substituut verlichting bieden. Als een metaalsmaak in de mond wordt veroorzaakt door een ontsteking die wordt veroorzaakt door bacteriën, zal de arts een antibioticum voorschrijven; als de ziekte wordt veroorzaakt door schimmels, zal een antimycoticum worden gebruikt. Een metaalsmaak in de mond kan ook verband houden met de inname van bepaalde medicijnen. Als dit het geval is, zal de onaangename smaak ook verdwijnen zodra de medicatie is gestopt.
Als de oorzaak van de smaakstoornis onduidelijk blijft, kan zink ervoor zorgen dat een metaalsmaak in de mond weer verdwijnt. Of de behandeling aanslaat, hangt echter af van het individuele geval en de behandeling met zinkgluconaat is omstreden onder artsen.