Op oudere leeftijd wordt de basale stofwisseling op peil gehouden met minder calorieën dan in jongere jaren. Daarom komen oudere mensen vaak aan zonder meer te eten dan vroeger. De behoefte aan essentiële mineralen en vitamines blijft echter constant. Een natuurlijk proces bevordert ook de ontwikkeling van een buikvet en kwabben: naarmate we ouder worden, verandert onze lichaamssamenstelling: het aandeel vet neemt toe, terwijl het aandeel spieren in het lichaam afneemt. Een te hoog vetpercentage betekent echter een groter risico op diabetes mellitus, verhoogde bloedlipiden en hoge bloeddruk. Daarom moet je altijd op je gewicht letten als je ouder wordt. Dit geldt echter vooral voor mensen onder de 80. Oudere mensen moeten daarentegen geen dieet volgen om af te vallen, omdat dit een negatief effect kan hebben. Tenzij er sprake is van uitgesproken zwaarlijvigheid.
De zogenaamde body mass index (BMI) helpt bij het bepalen van het optimale lichaamsgewicht. Deze wordt berekend door het lichaamsgewicht te delen door het kwadraat van de lengte. De grenswaarden voor een optimale BMI zijn afhankelijk van de leeftijd:
- Tot de leeftijd van 45 jaar wordt iedereen met een BMI van meer dan 25 beschouwd als te zwaar, terwijl een waarde van 30 of meer wordt beschouwd als ernstig overgewicht (obesitas).
- Na de leeftijd van 45 jaar wordt een iets hogere BMI nog steeds als normaal gewicht beschouwd.
- Vanaf 64 jaar wordt een BMI van meer dan 29 beschouwd als overgewicht.
- Vanaf 75 jaar wordt een BMI van minder dan 24 beschouwd als ondergewicht.
Dit toont aan dat op oudere leeftijd het probleem van overeten wordt ingehaald door het probleem van ondervoeding.
Gewichtstoename en obesitas zijn zeker geen onvermijdelijke neveneffecten van het ouder worden die geaccepteerd moeten worden. Naast voeding is voldoende lichaamsbeweging belangrijk. Lichaamsbeweging kan spierverlies tegengaan, stimuleert de stofwisseling en verbruikt energie.
Over het algemeen gelden voor voeding op oudere leeftijd dezelfde principes als op jongere leeftijd. Onder bepaalde omstandigheden is het echter nodig om de voeding aan te passen. Mensen met diabetes mellitus, hoge bloeddruk, jicht, hoge bloedlipideniveaus of osteoporose moeten bijvoorbeeld speciale diëten volgen. Dit moet altijd onder medisch toezicht en advies gebeuren.
Waarom is de BMI niet nauwkeurig voor oudere mensen?
De Body Mass Index (BMI) is een waarde die wordt berekend op basis van iemands gewicht en lengte. Een BMI hoger dan 25 wordt geassocieerd met een hogere algemene mortaliteit en een verhoogd risico op verschillende ziekten, waaronder hart- en vaatziekten en diabetes. Daarom ligt het normale bereik voor de BMI tussen 18,5 en 25 kg/m².
Hoewel de BMI gebruikt kan worden voor de meeste volwassenen, heeft het enkele beperkingen:
- Het kan het percentage lichaamsvet overschatten bij atleten en mensen met een gespierd postuur;
- Het kan lichaamsvet onderschatten bij oudere mensen en mensen met weinig spierweefsel.
Bovendien heeft recent onderzoek aangetoond dat obesitas bij oudere mensen niet geassocieerd is met een verhoogd sterfterisico. Daarom zijn er andere bandbreedtes voor een gezonde BMI vastgesteld. Leer meer over BMI voor senioren in de volgende secties.
BMI voor 65 jaar en ouder- Geriatrische BMI-richtlijnen
We hopen dat we de vraag “Waarom is de BMI voor ouderen onnauwkeurig?” hebben beantwoord, maar wie noemen we eigenlijk “ouderen”? Volgens de WHO vallen onder ouderen mensen die 65+ jaar oud zijn (soms 60+). Op basis van uitgebreid onderzoek zijn er verschillende BMI-categorieën vastgesteld voor oudere volwassenen, waarbij een gezond gewicht wordt gedefinieerd als een BMI tussen 23 en 29,9 kg/m². Onderzoekers hebben namelijk ontdekt dat een BMI onder de 23 en boven de 33 gepaard gaat met een significant verhoogd risico op overlijden.
Maar waarom verschillen de BMI-richtlijnen voor ouderen van die voor de algemene bevolking? Het menselijk lichaam verandert met de leeftijd – een ouder persoon heeft meer vetweefsel dan een jonger persoon. Bovendien wordt een hogere BMI geassocieerd met grotere energievoorraden en een betere voedingstoestand. Dit is vooral belangrijk bij ernstige chronische gezondheidsproblemen (meestal geassocieerd met ouderdom), zoals chronisch hartfalen of tumor cachexie.
BMI tabel voor ouderen
Hieronder vind je een BMI tabel voor senioren en de normale BMI tabel.
BMI tabel voor senioren
BMI | gewichtscategorie |
22 | Ondergewicht |
22 tot 28 | Normaal gewicht |
Vanaf 30 | Overgewicht/ernstig overgewicht |
BMI tabel voor de algemene bevolking
BMI | gewichtsklasse |
18,5 | Ondergewicht |
18,5 – 25 | Normaal gewicht |
25 – 30 | Overgewicht |
30 | Ernstig overgewicht |
Waarom is de BMI anders voor senioren?
De BMI-berekeningen en -categorieën voor de algemene bevolking passen niet bij de lichaamsstructuur van oudere mensen, waar de spiermassa afneemt, wat niet noodzakelijkerwijs leidt tot obesitas. Het is ook bewezen dat ouderen een andere tolerantie hebben voor gewichtstoename dan jongeren. Daarom was een verandering in de BMI-categorieën nodig om een betere categorisering mogelijk te maken.
Wat is een goede BMI voor 80-jarigen?
Een BMI tussen 23 kg/m² en 29 kg/m² wordt aanbevolen voor 65-plussers. Deze aanbevolen waarde verschilt aanzienlijk van die van de algemene bevolking, waar een BMI tussen 18,5 kg/m² en 24,9 kg/m² wordt beschouwd als een normaal gewicht voor jongere mensen. De verschillende waarden weerspiegelen natuurlijke veranderingen in de lichaamsstructuur (bijv. een lagere spiermassa).