Redactie In Doesburg weet men letterlijk en figuurlijk waar men de mosterd vandaan haalt,
Volgens taalkundigen betekent does, duis of doze een moeras, begroeid met bomen of struiken. Doesburg zou dus zoveel betekenen als een berg, burcht of nederzetting temidden van een moerassig gebied.
Hoe dan ook, in Doesburg weet men letterlijk en figuurlijk waar men de mosterd vandaan haalt, nl. uit Doesburg zelf! Het Mosterdmuseum trekt jaarlijks tienduizenden bezoekers naar het aantrekkelijke plaatsje. Velen van hen keren met een potje ambachtelijk bereide mosterd huiswaarts.
Maar de stad heeft natuurlijk veel meer te bieden. Alleen al het feit dat men zich met gepaste trots een ‘drielandenpunt’ noemt, geeft iets van de fraaie ligging van stad en ommelanden. Doesburg ligt centraal op de rand van de Achterhoek, de Veluwe en de Liemers: een prima plek dus voor wandel- en fietstochten.
Doesburg kreeg zestig jaar eerder dan Amsterdam stadsrechten, in 1237 om precies te zijn. Gunstig gelegen op de samenvloeiing van IJssel en Oude IJssel groeide het plaatsje uit tot een versterkte nederzetting met vier robuuste, stevige stadspoorten. Dat waren de Veer- of Saltpoort, de Koepoort, de Meipoort en de Ooipoort. Al in de 13de eeuw was Doesburg uitgegroeid tot een belangrijk administratief centrum van een groot gebied dat reikte tot het Duitse Emmerich.
Door verzanding van de IJssel en de schade die de Tachtigjarige Oorlog en de Franse bezetting met zich meebrachten verviel de Hanzestad echter tot een marktplaatsje, dat slechts als vesting nog enige betekenis behield. Vanaf 1607 toen prins Maurits de stad als grensstad inrichtte, tot 1945 heeft Doesburg vrijwel permanent een garnizoen binnen haar stadswallen gehad. In de jaren 1701 en 1730 werd door Menno van Coehoorn een sterke verdedigingslinie aangelegd: de Hoge en Lage Linie of Batterijen. Hiervan is nog een groot deel aanwezig. Doesburg is anno nu een lieflijk stadje waar het Kleine en het Grote Convent, het voormalige Stadsvleeshuis en het Gasthuis o.a. herinneren aan het rijke Hanzeverleden. Nationaal bekend is natuurlijk ook het werkende mosterdmuseum met ambachtscentrum de Gildehof. Oude mosterdmolens staan er opgesteld evenals een grote collectie mosterdpotten uit binnen- en buitenland. Tijdens demonstraties laat men zien hoe puur ambachtelijke boerenmosterd wordt gemaakt.
In het Streekmuseum De Roode Tooren vindt u de geschiedenis van het richterambt Doesburg aan de hand van afdelingen archeologie, geologie, volkskunde, handel en nijverheid en kerkelijke kunst. In het fraaie historische pand aan de Meipoortstraat 59 (hoek Bergstraat) is het Museum Fotografica gevestigd, waar u binnenstapt in één van de belangrijkste uitvingen uit de 19de eeuw. Een modelproeftuin waar met uitsterven bedreigde fruitrassen worden aangeplant vindt u in museum ’t Olde Ras. Op de plek waar zich vroeger een korenopslagplaats bevond is nu een geurige kruidentuin aangelegd, vrij toegankelijk. In Museum de Maurits 1940 – 1945 ziet u een collectie gebruiksvoorwerpen en documentatie uit de Tweede Wereldoorlog.
Heel verrassend en een aanrader is het culturele evenement dat elke eerste zondag van de maand in Doesburg wordt georganiseerd. Een culturele route voert u langs galerieën met beeldende kunst, toegepaste kunst, film, video, muziek en poëzie, antiek en musea. De Doesburgse Culturele Zondagmiddag wordt u kostenloos aangeboden en is te bezoeken tussen 12.00 en 17.00 uur.
Bovendien is er live muziek op een aantal locaties.
De medewerkers van de VVV vertellen u er graag meer over, maar ook over de orgelconcerten in de Martinikerk in de zomermaanden , òf over de exposities die er van mei t/m september plaats vinden, òf over het brede winkelassortiment met vriendelijke bediening. Een beter idee is echter uw schreden zelf naar Doesburg te richten en stad en natuur te ondergaan!