Redactie Wild menu | Is het echt wild of misschien toch niet?
Veel Nederlanders trekken er de kerstdagen op uit naar een gezellig restaurant, waar de menukaart ook wild vermeld. De vraag blijft altijd of het echt wild is wat er geserveerd wordt of dat het misschien toch niet zo wild is als we denken. Het meeste wild komt uit Polen, Nieuw-Zeeland of China omdat er in Nederland gewoonweg niet genoeg wild rond loopt.
Vijf procent van het vrije wild komt uit ons land en het meeste van de 12 miljoen kilo die jaarlijks gegeten wordt komt uit andere landen. Als we de stichting Faunabescherming mogen geloven is een groot aantal van de parelhoenders, konijnen, herten en zwijnen gefokt voor consumptie. Vaak zijn de omstandigheden ook niet acceptabel waaronder deze dieren gefokt worden. Hoe weet je nu dat je met echt wild te maken hebt of niet?
De menukaart laat niet zien waar het wild vandaan komt en daar komt bij, merk je verschil? Je zult weinig verschil ondervinden tussen een wild zwijn uit ons land of een tam varken uit Polen. Toch geeft fijnproever de Jong van de Bond voor Poeliers en Wildhandelaren enkele tips:
- De ober van het restaurant vragen naar de herkomst van het wild. Een goed restaurant geeft eerlijke voorlichting. Hij mag er niet omheen draaien.
- In het wild mogen geen hagelkorrels meer zitten. Dan is het slecht schoongemaakt.
- Laat de saus apart in een kommetje doen.
- Bedenk wel dat ook tam wild lekker smaakt.
- Neem een kijkje in de keuken want alleen aan rauw vlees kun je zien, ruiken en voelen of het vers, stevig en goed doorbloed is.
Een haas is altijd goed wild. Deze kan niet gefokt worden omdat ze te beweeglijk zijn. In een hok schieten ze in de stress, zodat het vlees niet meer smaakt.